Om onvruchtbaarheid te onderzoeken, doen we een aantal onderzoeken met u of uw partner. De volgorde is als volgt:
1. Bloedonderzoek
We onderzoeken specifiek die hormonen die te maken hebben met zwanger worden.
2. Spermaonderzoek
Er wordt eenmaal
spermaonderzoek verricht. Bij twijfel of een niet goede uitslag wordt
het onderzoek herhaald. Voor het spermaonderzoek krijgt u een formulier
en een speciaal potje mee. Door middel van masturbatie dient u sperma op
te wekken (dat mag thuis) en dat op een daarvoor afgesproken tijdstip
op het laboratorium in te leveren.
3. Basale-temperatuurkaart
Op
een basale-temperatuurkaart (BTC) kunnen we aflezen hoe uw cyclus in
elkaar zit; hoe lang die duurt, wanneer de eisprong ongeveer is en na
hoeveel tijd na de eisprong de menstruatie begint. Dat geeft vaak veel
inzicht in de cyclus en de zogenoemde ‘vruchtbare dagen’. Voor een BTC
moet u elke ochtend voordat u opstaat uw temperatuur via de anus meten.
Een oorthermometer is niet nauwkeurig genoeg. Als u de temperatuur in
een grafiek zet ontstaat er een curve die veel informatie geeft.
4. Huhnertest
Vlak
voor de eisprong maakt de baarmoedermond dun slijm, waarmee
spermacellen zich makkelijk naar de eileiders laten vervoeren. De
Huhnertest is bedoeld om te onderzoeken of spermacellen blijven leven in
het slijm. Aan de hand van uw cyclus krijgt u een afspraak voor een
specifieke dag. Voorafgaand aan het onderzoek is het belangrijk dat u
gemeenschap heeft. Dat moet ten hoogste 24 uur en ten minste 6 uur vóór
de test plaatsvinden. Bij het onderzoek wordt met een spuitje of een
smalle paktang wat slijm weggehaald. Dat wordt direct bekeken onder de
microscoop. De test is positief als er in ieder geval één goed bewegende
zaadcel wordt gezien. Als de test negatief is, zal die herhaald worden.
5. Baarmoederfoto
Een
baarmoederfoto wordt gemaakt om te kijken of de eileiders doorgankelijk
zijn. De afspraak wordt gemaakt voor de eisprong, omdat u zeker niet
zwanger mag zijn. Het onderzoek vindt plaats op de röntgenafdeling. De
gynaecoloog brengt een speculum in om de baarmoedermond te kunnen zien.
Vervolgens wordt via de baarmoedermond een catheter (dun slangetje) in
de baarmoederholte ingebracht. Via dit slangetje wordt heel langzaam
jodiumhoudend contrastmiddel in de baarmoeder gespoten. Als u allergisch
bent voor jodium is het belangrijk dit vooraf te melden. De
contrastvloeistof komt door de eileiders in de vrije buikholte. Dit kan
geen kwaad; uw lichaam neemt de vloeistof vanzelf op. Een radioloog
maakt tijdens het onderzoek foto’s en de gynaecoloog zal de uitslag van
het onderzoek direct met u bespreken. Soms verkrampt de
baarmoeder tijdens het onderzoek (net als bij een menstruatie). Daarom
raden wij aan van tevoren een pijnstiller in te nemen.
6. Kijkoperatie
Dat
is een operatie die alleen gedaan wordt als het echt noodzakelijk is en
wordt dan apart besproken. Een kijkoperatie wordt gedaan terwijl u
onder narcose bent. Dat vereist een opname in het ziekenhuis van één
dag. De operatie duurt ongeveer een kwartier. De gynaecoloog brengt via
een klein sneetje bij de navel een kijkbuisje in. Via een kleiner
sneetje bij het schaambeen wordt een tweede instrument ingebracht. Op
die manier kunnen de eileiders en de baarmoeder goed worden bekeken. Of
de eileiders open zijn wordt ook nog eens apart getest.